Wikkit-stuff
Elke fietsenbouwer kan ik het aanraden om de bidonhouders door de nieuwe eigenaar er zelf op te laten zetten. De band tussen nieuwe eigenaar en nieuwe fiets moet groeien en heeft even tijd nodig. Het is een simpel karwei en in een paar minuten gepiept. En toch is het fijn om dat zelf te doen. De fiets is nog schoon en blinkend. Een verwend meisje voel ik mij. Maar, misschien wel jongensachtig, heb ik wel een beetje liefde voor materiaal. Ondertussen schroef ik de bidonhouders erop en glijden mijn ogen over de vormingen van het frame en de kleinere details van de Wikkit. Het is leuk om te snappen hoe dingen zijn gemaakt en waarom. Maar Ik kan met slechts een paar meter erop gefietst te hebben al concluderen dat deze jongens het goed hebben begrepen. En dan heb ik het nog niet over het frame of rij-capaciteiten van dit roze beest. Ontkennen heeft geen zin, deze fiets-band is al ontpopt tot een prille liefde.
Eindelijk zou ik mijn debuut gaan maken in een strandrace. Al reed ik geen wedstrijd op het strand vorig jaar, ik kon er lekker van mee genieten. Geen winterdepressies in ons huishoudentje, maar stoere verhalen en een hoop vreugde en vrolijkheid na terugkomst thuis. Dit jaar besloot ik dan ook wat nieuws te gaan doen in de winter. En hoe kon het ook anders dan dat dat strandracen moest zijn. In de strandrace van Brouwersdam zou ik een eerste keer snuffelen aan het strand.
Op de parkeerplaats ving ik op dat het gehele parcours te fietsen was. Even dacht ik: dat is mooi! Mooi voor mij (met mijn bijna nul komma nul ervaring op offroad terrein). Met een beetje zenuwen ben ik toch maar een stuk van het parcours gaan verkennen om al een beetje warm te draaien. Niet bang zijn, gewoon gaan, zwaar verzet en de strand-afgang af knallen. Maar daar stond ik pardoes stil en moest van de fiets af. De tweede ronde dacht ik een beter spoor te volgen in het zand, maar ook deze keer kon ik niet blijven fietsen. Dat viel even tegen. Daarentegen was het kicken om met de wind schuin in mijn rug met hoge snelheid over het strand te zweven.
Een paar minuten in de kou bibberen bij de start en nog dan nog even horen dat het bijna het meest technische parcours is van alle strandraces. Maar er is geen tijd meer om na te denken want het startkanon knalt. Het peloton schiet in gang, ik probeer zo hard mogelijk te trappen. Ik zak wat weg, onzeker of ik toch niet een lekke band zou hebben: 0,9 bar voelt toch wat anders dan de 8 bar op de wegfiets. Niet over nadenken, ver vooruit kijken en de specialisten proberen te volgen over de veranderende ondergrond. Het strand is mul hoger op en lekker vlak en hard dichterbij het water. Maar om het keerpunt te ronden ontkom je er niet aan om door het zwaardere zand te moeten ploeteren.
Na 14 km duikel ik voorover in het zand nadat ik in volle vaart evenwicht verlies bij een strand-afgang. Ik had me “snuffelen aan het strand” niet zo letterlijk voorgesteld. Als ik weer overeind gekrabbeld ben, moet ik mijn stuur weer recht zetten en ik zie bloed op mijn knie. Even twijfel ik of ik door zal gaan en of het het nog wel waard is. De koers in Zuid-Afrika volgende week schiet door mijn hoofd. Maar ik wil door, dit is te kicken. Zonde om al in de auto te stappen naar huis.
Mijn eerste 35,8 km aan strand ervaring heb ik erop zitten. De learning-curve gaat steil, maar moet nog even verder doorgaan naar boven. Niks winterdips. Ik zeg: Lekker naar buiten, racen, zandhappen en de volgende ochtend nog een restje zand uit je ogen wrijven. Maar dit strandplezier pakt niemand af en kan ik ook iedereen aanraden.
Recent Comments